![]() |
Bijschrift toevoegen |
Deze beroemde zin is de eerste regel van een van de oudst bekende Nederlandstalige rouwgedichten, het Egidiuslied. Ik schaar het gemakshalve onder de funeraire poëzie, maar officieel moet je zeggen elegie, een klaagdicht.
In dit lied beweent de spreker zijn zojuist gestorven vriend Egidius. Hij zegt hem te missen en beklaagt zijn eigen lot: hij immers moet nog door in het harde aardse leven, in de weerelt liden pijn, terwijl zijn vriend nu vreugdevol is opgenomen in de hemel. Hij vraagt hem een plaatsje naast zich voor hem vrij te houden: verware mijn stede di beneven.
Het Egidiuslied kennen we uit het Gruuthuse-handschrift. Dit boekwerk is rond 1400 geschreven in Brugge en bevat onder andere bijna 150 liederen met muzieknotatie. Vooral dit laatste is bijzonder, want muzieknotatie uit die tijd is, vooral voor wereldse liederen, zeer zeldzaam. Daarbij zijn de meeste teksten uniek, dus niet bekend uit andere overleveringen. Het Gruuthuse-handschrift is dus niet alleen belangrijk voor de cultuurgeschiedenis van onze streken, maar ook voor de taalkunde en muziekgeschiedenis.
Precies vier jaar geleden kon de KB het handschrift aankopen. Gelukkig maar, want al die eeuwen is het in particuliere handen geweest, wat voor een zeldzame cultuurschat altijd onwenselijk is. Aan de andere kant slaan de Belgen zich nog voor de kop, want het is natuurlijk een doodzonde dat dit bijzondere boek niet ligt waar het hoort: in Brugge.
Egidius, waer bestu bleven?
Mi lanct na di, gheselle mijn.
Du coors die doot, du liets mi tleven!
Dat was gheselscap goet ende fijn,
Het sceen teen moeste ghestorven sijn.
Nu bestu in den troon verheven,
Claerre dan der zonnen scijn.
Alle vruecht es di ghegheven.
Egidius, waer bestu bleven?
Mi lanct na di, gheselle mijn!
Du coors die doot, du liets mi tleven.
Nu bidt vor mi, ic moet noch sneven
Ende in de weerelt liden pijn.
Verware mijn stede di beneven:
Ic moet noch zinghen een liedekijn.
Nochtan moet emmer ghestorven sijn.
Egidius, waer bestu bleven?
Mi lanct na di, gheselle mijn!
Du coors die doot, du liets mi tleven.
Nu blijkt het vandaag de dag nog niet mee te vallen om de zeer summiere muzieknotatie op een authentieke wijze weer te geven. Slechts enkele experts kunnen er wat van brouwen, en dan hebben ze nóg lekker wat om eeuwig over te blijven redetwisten.
Hieronder de vertolking van de Vlaming Paul Rans. Helaas zit er op Youtube dan weer een weerzinwekkend filmpje met zonsondergangen bij, (het gaat ten slotte over de dood, zullen de makers gedacht hebben). Ik raad je dus aan: ogen dicht, niet kijken, alleen luisteren:
Op de site van de KB staat veel over het Gruuthuse-handschrift, al mag het van mij nog wel wat uitgebreider: http://www.kb.nl/bladerboek/gruuthuse/index.html
Geen opmerkingen:
Een reactie posten